Maarten Spanjer boek Spanjer in stukken

Maarten Spanjer – dertig jaar verhalen (fvdw-13)

Vorige week kreeg ik van een vriend het boek ‘Spanjer in Stukken’ van Maarten Spanjer. ‘Je zei ooit dat je zijn verhalen zo leuk vindt’, vertelt Rob, de vriend, terwijl hij me het boek overhandigt, ‘dit zijn de verzamelde dertig jaar verhalen en nog een paar ongepubliceerde’.

Ik bedank Rob. ‘Leuk. Het zijn middellange verhalen. Heerlijk om te lezen aan het eind van de dag’.

Maarten Spanjer

Tien jaar geleden was ik op de boekpresentatie van zijn boek ‘Maarten maakt vrienden’. Ik had Maarten kort daarvoor ontmoet. Het viel me op hoe hij in de dagelijkse omgang overeenkwam met de verhaaltrant in het boek.

Hij zit boordevol anekdotes en verwerkt die met Amsterdamse beeldspraak tot een verhaal. Je ziet nu hij in de zestig is nog steeds dat Amsterdamse straatjochie in hem. Maarten Spanjer is intelligent en streetwise. Zijn humor en gedachten zijn daardoor praktisch en oorspronkelijk. Maarten is zo’n persoon waarvan ze zeggen ‘er zit geen kwaad bij’. En dat komt allemaal terug in zijn verhalen.

Dertig jaar verhalen

Diezelfde avond lees ik de eerste verhalen en daarna elke avond een verhaal. Ik weet direct weer waarom ik de verhalen van Maarten Spanjer zo leuk vind. Het zijn meerdere dingen. Een belangrijke is herkenbaarheid. Hij schrijft over de wereld van mijn jeugd, de zestiger jaren.

Hij vertelt bijvoorbeeld over de sandalen die dubbelklappen bij het voetballen. Het is een korte opmerking, niet meer dan een zin. Maar ik zie ze voor me. Zulke sandalen had ik ook korte tijd. Plastic BATA sandalen. Een riempje over je wreef en een neus met gaten over je tenen. Bij elk schot klapte die neus weg onder je tenen en moest je het weer terug, onder je tenen vandaan trekken voor je verder kon lopen.

Alledaagse situaties

Het is ook de stijl waarin hij de verhalen vertelt. Het lijken alledaagse situaties uit de omgeving van Maarten Spanjer. In elke alinea voel je echter het tragikomische. Die lach en traan waren er in de werkelijke situatie waarschijnlijk ook, maar dat moet je als schrijver dan wel vast kunnen leggen.

Zoals gezegd lijken de persoon, Maarten Spanjer in de dagelijkse omgang, en de verhalen bijna identiek. Even enkele filmpjes met Maarten op youtube bekijken, voor je aan de verhalen boek begint, versterkt daardoor de lol van het lezen.

Dan zie je de kwajongen die hij nog steeds is… in de man die het je naar de zin wil maken maar, een beetje verlegen wellicht, toch liever ergens anders is.

Hart en hard

Ik denk niet dat je kunt zeggen dat Maarten Spanjer het hart op de tong heeft. Maar hij neemt in ieder geval weinig blad voor de mond. Heerlijk vind ik dan ook het herlezen van de verhalen die ik al las in ‘Maarten maakt vrienden’. Fijntjes fileert hij daarin bijvoorbeeld Jeroen Krabbé, Freek de Jonge en enkele anderen.

Bij Jeroen Krabbé gebruikt hij daarvoor uitspraken van Krabbé zelf. Maar natuurlijk zijn er ook dan anekdotes. Hier is er eentje ter illustratie:

Anekdote Jeroen Krabé

Jaren geleden, het was in Rijks ‘vlegeljaren’, werd ik in de Van Eeghenstraat grenzend aan het Vondelpark getroffen door een verbluffend schouwspel. Daar stond Krabbé peinzend voor het raam, hand aan de kin, penseel in de aanslag, een eindje van het doek verwijderd, dan er ineens weer op toe snellend.
‘Ik ben een schilder die acteert,’ heb ik hem een keer horen zeggen. Hier zag ik een man die acteerde dat hij schildert. Een half uur lang heb ik er gefascineerd naar gekeken. De tijd vloog om. Een dag later trof ik Rijk in Bodega Keyzer, op een steenworp afstand van het huis van Krabbé. Ik vertelde hem wat ik gezien had.
‘Eropaf,’ riep Rijk onmiddellijk en hij schoot in zijn jas. Toen we bij het huis van Krabbé aankwamen was de vreugde groot. Daar stond de meester, in dezelfde pose als gisteren, alsof hij nooit was weg geweest. Voor ik Rijk kon tegenhouden, wat ik overigens niet gedaan zou hebben, stond hij een verdieping lager tegen de gevel van het huis te wateren. Ik kon me wel voor mijn kop slaan dat ik geen fototoestel bij me had. Op één hoog de acteur, verheven boven het dagelijks rumoer, kleuren mengend, nuances zoekend, op zijn lip bijtend, beneden zijn oudere collega, met holle rug. Klaterend. Foeterend.
Opeens was De Gooyer verdwenen, om onverwacht uit de bosjes rond het park tevoorschijn te komen met een steen. Hij hief zijn arm.
‘Zal ik het doen, Maarten?’
‘Ja, Rijk, já!
Toen liet hij de steen weer zakken.
‘De buren hebben ons gezien. Snel, wegwezen.’

Lachen

Ik nam het dikke boek overal mee naar toe de afgelopen week. Bij een vriendin in de tuin lees ik een verhaal en ik bescheur het. Verbaasd komt ze kijken wat er aan de hand is.

Ja, wat is er aan de hand. Het zijn de woordspelingen, de herkenbare situaties, het afstraffen van menselijke trekjes. Het is gewoon een heerlijk verhalenboek.

Lees ook: interview met Maarten Spanjer over dertig jaar verhalen (pdf)

Print deze pagina
Bovenstaand bericht is geschreven op 25 juni 2017 door in de categorie 2017, Algemeen, Foto van de Week

Een willekeurig bericht

Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *