Het Omnikey Ultra toetsenbord

Omnikey – artikel PCM

Mijn tweede artikel voor PCM (Personal Computer Magazine) ging over toetsenborden en met name de Omnikey. Elders heb ik waarschijnlijk al geschreven hoe ik als medewerker bij het tijdschrift kwam. Sandra Dol was toen hoofdredacteur en het blad had een oplage van tegen de 500.000 exemplaren. Dat was, na de Kampioen van de ANWB en de Veronicagids, het tijdschrift met de hoogste oplage. Mijn eerste artikel ging over de muisarm, in deftige bewoordingen bekend als RSI (Repetitive Strain Injury). Voor het tweede artikel had ik een toetsenbord van Omnikey uit Amerika laten komen. Beide artikelen schreef ik overigens voor ik bij PCM aan de slag ging. Het waren mijn binnenkomers.

De slag te pakken

Het perfecte toetsenbord bestaat niet. Echter, aangevoerd door IBM, blijven fabrikanten hun toetsenborden verbeteren alsof het toch allemaal nog beter kan. Ironisch genoeg is het verleden van IBM gemengd: het bedrijf heeft uitstekende toetsenborden gemaakt, maar kreeg daarnaast veel kritiek.

Het begon met het allereerste PC toetsenbord, een product ongetwijfeld van compromissen. Samengevoegd uit ideeën en onderdelen, die op de plank waren blijven liggen na een geflopte introductie van een schrijfmachine, werd het snel in elkaar gezet eenvoudigweg om een model de deur uit te krijgen.

Het weldoordachte PC toetsenbord werd ontvangen, door een wereld die nog maagdelijk tegenover computers stond, als een sluw martelwerktuig uitgedacht door een ontwerpteam van Borgia erfgenamen. Volgens de critici stonden verscheidene toetsen op vreemde plaatsen; vele hadden rare pijlen in plaats van de gebruikelijke tekens; de Returntoets was smal en moeilijk te vinden; een eiland had twee functies, zowel verplaatsen van de cursor als invoeren van getallen; en de functietoetsen stonden verticaal terwijl de meeste programma’s ze horizontaal op het scherm zette. Iedereen, in ieder geval de meest luidruchtigen van deze naar fouten zoekenden, zocht naar het eerbiedwaardige toetsenbord van de IBM Selectric schrijfmachine.

De schreeuwerigste klagers waren computerjournalisten die, net als andere schrijvers en het-is-nooit-goed figuren, waren opgegroeid met Selectrics en niet met computers. Ze wilden hun oude vertrouwde schrijfmachine terug. Maar het PC-toetsenbord was ontworpen voor programmeurs, niet voor schrijfpaarden.

Daarbij was er bij het PC toetsenbord veel beter nagedacht over de samenhang en de toetsaanslag. De druk die nodig was om een toets aan te slaan was veel lichter en de tegendruk (weerstand) van de toets was constant, iets van de IBM Selectric miste.

IBM luisterde naar de klachten en ontwierp voor de AT een nieuw toetsenbord. Lichtjes om aan de drie keuzetoetsen aan te geven (Capslock, Numlock en Scrolllock) werden toegevoegd. De meeste vreemde, op programmeurs gerichte, toetsen werden naar prettiger plaatsen verplaatst. En, wonder boven wonder, de Shift en Returntoetsen kregen Selectric afmetingen.

Het resultaat? De critici hadden nog steeds aanmerkingen, nu vooral over de linkerhand functietoetsen en het gemis van een behoorlijk cursoreiland. Als typische kortzichtigen bliezen ze hun kritiek hoog van de toren zonder na te denken over de gevolgen bij verbetering.

Opnieuw luisterde IBM en het gaf de computerwereld een vergroot toetsenbord. Het leek nu op een verbouwde surfplank met de functietoetsen horizontaal erbovenop met nog twee extra functietoetsen erbij geplakt. Een apart cursoreilandje. En zonder duidelijke reden veranderde IBM de Returntoets opnieuw en wijzigde ook de plaats van de Alt, Shift, Ctrl en Apslock toetsen.

Het werd een groter toetsenbord met moeilijk te gebruiken functietoetsen en een belachelijk geplaatste Ctrl-toets. Het vergrote toetsenbord is lastiger in gebruik dan de AT-versie. Het is ontworpen voor Vutters en daklozen. Het AT-toetsenbord is superieur voor snel en nauwkeurig typen.

De critici houden zich in, ze zingen geen lofzang voor het vorige AT ontwerp en klagen niet over het vergrote toetsenbord. Met als gevolg dat het vergrote toetsenbord standaard is bij IBM en IBM-achtige computerbedrijven. Er is maar één opluchting, er bestaat het heerlijke toetsenbord van Northgate, de Omnikey.

Maar er is nog meer…

Het verschil in toetsenborden gaat verder dat de toetsen. Terwijl de meeste gebruikers denken dat de techniek die de toetsen doet werken van ondergeschikt belang is, blijkt juist dat onderliggende mechanisme uit te maken of een toetsenbord prettig aanvoelt, of je er snel mee kunt typen, hoeveel fouten je maakt en hoe lang je toetsenbord meegaat. Het mechanisme laten aansluiten bij jouw behoefte en jouw vingers is het meest belangrijke aspect bij het zoeken naar het goede toetsenbord.

De huidige standaard is nauwkeurige techniek waarbij twee op korte afstand van elkaar geplaatste elektrisch geladen plaatjes een stroomcircuit sluiten wanneer een ze door een toetsdruk op elkaar worden gedrukt. Uitvoerig en langdurig geteste toegepaste techniek is het hart van de meeste, moderne toetsenborden. Het meest kritische onderdeel is het contacthuis waar metaal op metaal komt als in een lichtschakelaar. Hoewel het [ . . . ]

Vanuit de typist gezien, en gevoeld, zouden deze technieken hetzelfde zijn, afgezien van de verfijningen die fabrikanten aanbrengen. Het IBM toetsenbord, bijvoorbeeld, heeft meer veertjes dan het matras van mijn grootmoeder, ze geven een uitgesproken gevoel, aanslag die ’tactile feedback’ wordt genoemd.

Je drukt een toets in tegen een sterker wordende druk in en als de toets is gezet wordt de weerstand ineens lichter waardoor je vingers weten dat het werk erop zit. Daarbij geeft het IBM mechanisme ook nog een scherpe klik, waardoor ook je oren het zetten van de letter kunnen bevestigen. De verschijning van de letter op het scherm maakt de controlemogelijkheid compleet.

Andere fabrikanten denken helaas makkelijker over de toetsenbord aanslag. KeyTronic is beroemd om zijn lichte aanslag. De veeraandrijving ’tactile feedback’ van de KeyTronic is echter nauwelijks voelbaar en de aanslag is niet hoorbaar.

Andere bedrijven, zoals DataDesk, gebruiken een rubber ringetje om een ander indruk te geven zonder de hinderlijke klik. Natuurlijk geven sommige mensen de voorkeur aan de klik waardoor sommige zich genoodzaakt zagen speakers in te bouwen om toch een IBM-achtige klik te laten horen.

Omnikey

De vier geteste toetsenborden zijn opmerkenswaardige alternatieven. IBM’s vergrote toetsenbord is de standaard, en goede keus als je gewend bent je door je dagen te kieskauwen maar een frustratie als je enig gevoel voor typen hebt. De Omnigate van Northgate probeert het beste van de AT, het vergrote en de Selectric te combineren met verbazend veel succes, met een Taiwanees mechanisme dat IBM geluid en aanslag simuleert.

KeyTronic geeft de lichte, stille aanslag die perfect is voor het schrijven van stuiverromans en gedichten in een donkere steeg zonder de rest van de familie te storen. DataDesk hangt in het midden.

Northgate Computer Systems heeft het toetsenbord succes gevonden met de ongeveer 250 gulden kostende OmniKey/102. Door het toetsenbord een alles voor iedereen te maken.

Hoewel de Omnikey even groot is als het IBM vergrote toetsenbord en evenveel toetsen heeft (een meer zelfs), zullen de ouwe rotten in computers het een genot vinden te ontdekken dat alle 12 functietoetsen links zijn geplaatst zoals op de XT. De F1 tot en met de F10 staan in rij met de vijf rijen van het hoofdgedeelte van het toetsenbord (net als bij de XT), de F11 en de F12 staan op de nu verder lege regel waar bij andere 101-toetsenborden de functietoetsen zijn geplaatst.

De Ctrl-toets staat weer naast de A en met rode letters bedrukt. Helemaal rechts op het hoofdgedeelte van het toetsenbord is op de rij van de spatiebalk nog een Ctrl-toets geplaatst. De Shifttoets bevindt zich onder de Ctrl-toets en is groen bedrukt en daaronder ligt de blauwbedrukte Alttoets. Het is het kleurschema dat Wordperfect gebruikt voor toetscodering. De Esc-toets is op de bovenste rij links naast de 1.

In de nu lege rij waar de functietoetsen zouden zitten bij horizontale plaatsing, liet Northgate een uitsparing voor het plaatsen van een functietoetsensjabloon. Een andere nette oplossing is het smaller maken van de rechter Shifttoets, want daardoor kon de backslash er naast. Het resultaat is een van de weinige toetsenborden met een lange backspace-toets en een grote, L-vormige Returntoets.
Op het numerieke eiland heeft Northgate de uitgerekte plus-toets gehalveerd en een vermenigvuldig en plus-toets toegevoegd, waardoor snelle berekeningen niet worden onderbroken door omleidingen naar de plus-stoets op de bovenste rij.

Er is geen toetsenbord dat zo dicht bij de IBM standaard komt als de Omnikey/102. Net als IBM gebruikt Northgate elektromagnetische contactjes die de beroemde klik geven als de toets halverwege zijn weg is. Hoewel de toetsen iets wiebeliger in hun houders staan dan bij IBM is de aanslag buitengewoon constant. Is het mogelijk? Een toetsenbord zonder minpunten?

The omnikey/102 is inmiddels een dijk van een hit in Amerika. In Amerika is het los kopen van toetsenborden heel gebruikelijk. Je koopt er een computer, eventueel met toetsenbord, en koopt er een toetsenbord bij dat beter bij je voorkeur past. Dat die voorkeur steeds vaker uitgaat naar Omnikey/102 is ten opzichte van IBM een prijsargument en ten opzichte van alle andere toetsenborden een argument van respect, respect voor een fabrikant die goed heeft geluisterd.

25 juni 1990
Print deze pagina
Bovenstaand bericht is geschreven op 18 augustus 2011 door in de categorie 2011, Oudedoos

Vorige en volgende berichten

« Ouder: Nieuwer: »

Een willekeurig bericht

Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.

Comments are closed.