Visitekaartje via handel naar business
‘Heb je een kaartje?’, vraagt een man tijdens een workshop. ‘Je bedoelt mijn visitekaartje ?’, stel ik een tegenvraag. De man knikt. En Gerrit, met wie ik de workshop bezoek, lacht. Hij weet dat ik weer eens niet gewoon antwoord zal geven.
‘Nee, een visitekaartje heb ik niet. Wel een business card’, zeg ik. ‘Ik neem aan dat het gaat om mijn bedrijfsgegevens, mailadres, mobiele telefoonnummer en dergelijke’.
‘Ja, dat bedoel ik’, zegt de man voorzichtig en hij blijf me vragend aankijken. Als ik het kaartje overhandig zegt hij, ‘dan kan ik je uitnodigen op mijn Linkedin’.
‘En mijn gegevens zet je in een database. Het kaartje gooi je weg’.
Overbodig kaartje
Want op dat punt zijn we in Westerse landen aangeland in de evolutie van het kaartje. Door computers, sociale media en de smartphone is het visitekaartje of de business card vrijwel overbodig geworden. Je kunt evengoed de benodigde gegevens op een kladje schrijven.
Alleen geboorte-, trouw- en rouwkaarten houden we in ere. Maar dat heeft een andere geschiedenis en is een ander verhaal. Hoewel die op sommige onderdelen gelijk oploopt met de ontwikkeling van het visitekaartje.
De aanleiding
Het begin van het visitekaartje ligt bij het bewind van de Franse koning Lodewijk de Veertiende. Hij nam in 1682 officieel zijn intrek in het Kasteel van Versailles. Er kwamen tegen de 10.000 mensen per dag. Een enkeling kwam voor hem of een ander in het gebouw met 700 kamers, gangen en zalen. De meeste mensen bezochten de grote tuin van 800 hectare, met 300 hectare bos en woud.
Tuinmannen klaagden al snel over vertrapte planten en beschadigde bomen. Er moesten regels komen voor gewenst gedrag aan het hof en hoe te handelen in bepaalde situaties. Het woord Etiquette kreeg de betekenis van voorgeschreven gedrag, dat men daarna uitgebreid doorvoerde.
Het hof stelde regels op voor de tuinbezoekers. En er kwamen omgangsvoorschriften voor edelen en zelfs voor de familieleden van Lodewijk (zie Norbert Elias en civilisatie). Na invoering van de regels plaatsten de tuinmannen bordjes in de tuin om aan te geven waar mensen mochten lopen en waar per se niet. De overige regels bleven onbeschreven.
Koninklijke visite
Geleidelijk breidde men, met name voor de adel, de regels uit. De eerste kaartjes verschenen. Hierop stonden instructies over hoe men zich diende te gedragen in aanwezigheid van de koning. Gasten kregen ze uitgereikt bij een eerste visite (visitare is latijn voor bezoeken).
Niet veel later introduceerde ook het Engelse hof etiquette. Tijdens de regering van Koningin Victoria bereikte het een hoogtepunt. De Engelsen gebruikten in veel gevallen dezelfde regels als de Fransen. Enkele regels pasten ze echter aan bij de bestaande eigen culturele gewoonten. Het visitekaartje met instructies bij bezoek aan de koningin bleef bestaan.
Deze etiquette-kaartjes waren ongeveer evengroot als een speelkaart, 85 x 55 mm. Die grootte is nog steeds het officiële formaat in West Europa.
Hogere en middenklasse
Geleidelijk ontstond er ook etiquette voor de hogere en middenklasse. Waaronder omgangsvormen rond kaartjes. Die vertelden hoe je een kaartje afgaf bij een verjaardag, een bedankkaartje liet afgeven enige tijd na een bezoek, hoe je een kerstkaart bezorgde en meer, zoals gebruik van een visitekaartje.
In het begin was dit visitekaartje een eenvoudig kaartje met daarop de naam van de gast. Het werd bij de deur afgegeven aan de bediende. Die bracht het naar de gastheer- of gastvrouw. In een bepaalde periode vouwde een gast het kaartje in een van de hoeken licht om. Daarmee gaf hij aan dat hij het zelf had afgegeven. Stuurde een, vaak hoge of voorname, gast zijn eigen bediende vooruit, dan gaf deze het kaartje af zonder het omhoeken.
Eenzelfde ritueel van vouwen bestond ook bij het afgeven van producten. Een kistje wijnen, een schilderij of voedsel werd afgegeven met een kaartje. Een bediende vouwde het kaartje niet, de eigenaar van het bedrijf of de maker van het schilderij wel. Weer ten teken dat hijzelf de bezorging had gedaan.
Visitekaartje
Bij gelegenheden met meer gasten werd het eenvoudige visitekaartje, met alleen de naam, vooraf afgegeven. Bij vertrek deponeerden de gasten een uitgebreider visitekaartje op een schaal in de garderobe. Het kaartje in de header van Sigmund Freud is zo’n visitekaartje.
Aan het eind van 19e eeuw was het visitekaartje overal doorgevoerd. Je kon als man of vrouw uit de hogere en middenklasse niet meer zonder. In huizen bevonden zich kaartschalen en -kussens. Hiermee bracht een bediende het kaartje naar de gastheer, zonder dus het kaartje zelf te hoeven aanraken.
Veel huizen hadden ook verzamelschalen waarop de kaartjes werden bewaard. Want na een bezoek, maar ook ervoor al, waren er allerlei verplichtingen die in de etiquette waren vastgelegd. Bijvoorbeeld het na verloop van tijd afgeven van een bedankt-voor-uw-bezoek kaartje.
Handelskaart
De handelskaart ontstond ongeveer tegelijkertijd met het visitekaartje, in de tijd van Lodewijk de Veertiende. De populariteit begon echter in London. Er bestond toen nog geen formele nummering van straten. De krantenindustrie stond ook nog in de kinderschoenen. Ondernemers gebruikten een handelskaartje om hun bedrijf te promoten. Er kon van alles op staan, zoals advertenties, routebeschrijvingen en aanbiedingen.
In het begin werden ze op eenvoudige wijze gedrukt. Halverwege de 19e eeuw was de druktechniek sterk verbeterd en konden van de kaartjes kleine kunstwerkjes worden gemaakt. Kleurgebruik en typografie werden belangrijke mogelijkheden voor bedrijven om zich te onderscheiden.
Visitekaartje wordt business card
In de 19e eeuw werkte de middenklasse zich op. Er werden veel uitvindingen gedaan en die leidde tot meer ondernemingen. Sociale formaliteiten, zoals vastgelegd in etiquette, vervaagden. De behoefte contactinformatie uit te wisselen groeide echter.
Ondernemers combineerden het visitekaartje en de handelskaart tot een business card. Ze werden in grote aantallen gedrukt en uitgedeeld. De hogere klasse verfoeide het fenomeen en keek er met minachting naar. Ze probeerden de ontwikkeling met starre regels tegen te gaan. Bijvoorbeeld door een visitekaartje te eisen bij bezoek en een handelskaart bij het afgeven van producten of factuur. Het gebruik van de business card was echter niet meer te stoppen.
Ontwerpen
In het begin was de business card nog een net kaartje. Het leek meer op het visitekaartje dan op de handelskaart. Dat veranderde aan het eind van de 19e eeuw. Publiciteit en commercie namen een vlucht. De business card werd weer een promotioneel contactproduct.
Tot er geleidelijk meer promotionele mogelijkheden kwamen. Bij het kaartje lag de nadruk weer meer op de gebruikelijke contactgegevens. De ontwikkeling van ‘het kaartje’ liep niet overal gelijk op en er zijn verschillen in gebruik. Daardoor zijn er in klassen en landen nog steeds grote verschillen in de ‘etiquette’ rondom visitekaartjes, handelskaarten en business cards.
Tradities en gewoonten
In sommige deftige kringen in Engeland zijn de oude gebruiken rondom het visitekaartje en bezoek nog steeds actueel. In hoge sociale klassen in de Verenigde Staten hecht men ook aan de etiquette met kaartjes.
Maar ook in de gewone zakelijke omgang kunnen er verschillen bestaan. Daar moet je rekening mee moet houden om niet voor onfatsoenlijk te worden uitgemaakt.
Met name Aziatische landen hebben nog allerlei tradities, die je maar beter kunt kennen als je zaken met hen doet. Een business card is daar een verlengstuk van je persoonlijkheid; je toont ermee wie je als mens bent. Het overhandigen en ontvangen is daar nog een eervolle handeling die met respect moet worden uitgevoerd.
Informeel en toch beleefd
In de meeste landen is de omgang met kaartjes meer ontspannen geworden, zonder overmatige formaliteiten. Nederland is in dat opzicht wel buitengewoon informeel. In landen om ons heen is dat anders.
In het algemeen geldt het echter overal als onfatsoenlijk, wanneer je een kaartje aanbiedt met de linkerhand. Het direct wegstoppen of -leggen van een kaartje na ontvangst, wordt als onbeleefd beschouwd. En aantekeningen maken op een ontvangen kaartje is ook ongepast.
Het kaartje
Met het ontwerp van een business card (ok, visitekaartje) kun je je onderscheiden. Maar bij veel zaken rondom het kaartje bestaat nog een soort van etiquette die stamt uit het verleden. Veel bedrijven en ontwerpbureaus houden graag vast aan deze verouderde, doorgaans ongeschreven regels:
- Het formaat in West Europa is 85 x 55 mm
- De kleur van het kaartje is wit of licht crèmekleurig (gebroken wit)
- De kleur van de letters in zwart, zwarttint of donkerblauw; in aziatische landen goudkleurig
- Het kaartje is van papier met een gewicht van 250 gram of hoger
- Bij contact met buitenland staan dezelfde contactgegevens op de keerzijde van het kaartje in de taal van betreffende land of op een apart kaartje
Formaten
De formaten van visitekaartjes verschillen per land en/of gebied:
- West Europa 85 x 55 mm
- Oost Europa en Rusland 90 x 50 mm
- Turkije 85 x 50 mm
- Amerika en Canada 88,9 x 50,8 mm (dat komt door conversie vanuit inches, 35 x 20 inch)
- Australië en Nieuw Zeeland 90 x 55 mm
- China 90 x 54 mm (dat komt door hun oude shizhi systeem; 30 x 18 Bu)
- Japan 91 x 55 mm (ze hebben ongeveer hetzelfde systeem als China, maar hun oude shahku-kan systeem werd bij conversie in het westen anders afgerond)
- De meeste overige Aziatische landen en Colombia 90 x 55 mm
- Egypte 87 x 57 mm
- De meeste overige landen 90 x 50 mm
Zie ook bericht ‘iPhone contacten overzetten naar PC‘ of ‘Vulpennen‘
Vorige en volgende berichten
« Ouder: Processierups, niet alleen van eikenNieuwer: Wisselspelers op het WK »Een willekeurig bericht
Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.