laserdiscs in dozen

Laserdiscs, een genot in een verleden

Tussen alle dozen achter de schotten op zolder stonden zes dozen met laserdiscs. Ik wist dat ik in de negentiger jaren die beeldplaten met films kocht. Maar dat het er zo veel waren. In die tijd reed ik met mijn goede vriend Paul, ook een enthousiast filmkijker, regelmatig naar Huizen. Daar was een winkel die ze verkocht.

Ik bleek mijn administratie van1992 tot 2004 ook op zolder weggestopt te hebben. Uiteindelijk heel interessant om allerlei redenen. Ik kwam er onder andere ook bonnen in tegen van bestellingen in de Verenigde Staten van laserdiscs. Die kwamen vooral van Ken Crane’s Laserdisc, een zaak op 60 km van Los Angeles.

Waarom beeldplaten?

Ik weet natuurlijk nog waarom ik laserdiscs kocht. Het was in de tijd van VHS. De resolutie van de beeldplaten was spectaculair beter. Daardoor verscheen het beeld scherper op de televisie. Bovendien kregen laserdiscs in de negentiger jaren digitaal geluid. Dat maakte het filmkijken met het opkomende surroundsound in huiskamers een genot.

In die tijd woonde ik in een vrijstaande woning. Het ruimtelijke geluid kon op aantrekkelijk volume zonder de buren te storen. Bij een film als Twister van Jan de Bont kwam ook de subwoofer volledig tot zijn recht. Met alle lawaai was het alsof je midden in het oog van de tornado zat. Een foutje in Twister dat hardnekkig werd overgenomen, want een tornado heeft geen oog (een orkaan wel).

Laserdiscs, optische techniek

De laserdisc werd rond 1970 geïntroduceerd. Philips speelde daarbij een belangrijke rol. Een beeldplaat, of laserdisk in het Nederlands, is een optische schijf. Dat is een door David Paul Gregg in 1958 uitgevonden technologie. Bij een optische schijf leest een laserstraal de informatie. Er is daardoor geen contact met de plaat, zoals bij een grammofoonplaat.

Mijn veelal zilverkleurige laserdiscs zien er daardoor uit alsof ze nog nieuw zijn. De meeste zijn slechts een, twee of drie keer bekeken. Alleen Twister haalde minstens tien vertonningen op de televisie, waar ik de bon ook van terugvond.

Analoge techniek

Ik wil er niet een te technisch verhaal van maken. Maar het is leuk even iets te schrijven over analoge techniek. Vooral omdat het anders is dan het huidige digitale en ik hierboven ten onrechte sprak van resolutie. Bij analoog wordt de beeld- en geluidinformatie vastgelegd als een continue golf. Daarbij varieert de golf in intensiteit maar is vloeiend in een theoretisch oneindige stroom details.

Het is bij laserdiscs enigszins te vergelijken met grammofoonplaten. Daar loopt ook een lange groef van de buitenrand naar binnen. De groeven vertegenwoordigen continue variaties in geluidssignaal. Een naald tast de groef af en zet de informatie om in een elektrisch signaal.

Bij een beeldplaat leest een laser de informatie in de beeldgroef. Ook daar is de informatie vastgelegd in een continue en variërende golfbeweging. Die wordt omgezet in beeld.

Bij analoog wordt de informatie dus niet vastgelegd in vaste blokken. Dat gebeurt bij digitale systemen wel. Daar wordt een beeld opgebouwd in een vast raster van pixels (bijv. 1920 breed en 1020 pixels hoog). De codering van die pixels bepaalt bijvoorbeeld de kleur op een specifiek punt in dat raster (lichtblauw is RGB 173, 216, 230).

Laserdiscs in de jaren ’70

Laserdiscs waren een revolutionaire stap in thuisentertainment. Het gaf een toen ongeëvenaarde beeldkwaliteit. VHS en Betamax waren sterk afhankelijk van magneetbanden en beperkte resolutie (eigenlijk dus beeldlijnen). Bovendien was er bij die videotechnieken fysiek contact met de koppen van de videorecorder. Dat zorgde voor slijtage en verminderde beeldkwaliteit, waar laserdiscs nauwelijks last van hadden.

Toch had de vroege Laserdisc uit de jaren ’70 beperkingen. De technologie was in ontwikkeling; de meeste beeldplaten waren nog analoog, zowel in beeld als geluid. Het overzetten van films naar laserdiscs ging ook nog niet optimaal. Dat resulteerde in bijvoorbeeld kleuruitloop (color bleeding) en stottering (stuttering). Meer van dit soort artefacten betekende dat ondanks de hogere resolutie, de kwaliteitsbeleving niet altijd veel beter was dan bij VHS en Betamax. De spelers waren bovendien duur en de schijven kwetsbaar voor krassen en andere beschadigingen.

Laserdiscs in de jaren ‘90

De laserdisc onderging begin jaren ’90 een aantal belangrijke verbeteringen. Daardoor kon het de verwachtingen beter waarmaken. De technologie voor het overzetten van een film naar de laserdisc, in vaktermen videomastering genoemd, was verbeterd. Hierdoor werd de beeldkwaliteit aanzienlijk beter dan die van laserdiscs uit de jaren ’70. Terwijl het analoge formaat overigens niet veranderde.

De grootste vooruitgang kwam echter in de vorm van geluid. Die werd digitaal. Daardoor konden films met Dolby Digital (AC-3) en DTS surroundsound op laserdisc worden uitgebracht. De 5.1-kanaalsweergave van een surroundsound-systeem maakte de beeldplaat populair bij filmliefhebbers. Deze geavanceerde audio-opties waren direct ook het grootste voordeel ten opzichte van VHS, dat voornamelijk mono of analoge stereo bood.

Bonusmateriaal

Wat ik ook leuk vond aan de laserdiscs was het bonusmateriaal. Daarmee begonnen producenten begin jaren ’90. Naast de film stonden er op de laserdiscs commentaren, making-of-filmpjes, bloopers, verwijderde scenes en meer.

Het was daarbij zelfs al mogelijk te kiezen tussen het filmgeluid of het voice-over commentaar van bijvoorbeeld de regisseur. Dat commentaar koos je vanzelfsprekend pas als je de film al had gezien. Het meenemen van bonusmateriaal zorgde later mede voor het sneller populair worden van de DVD.

Laserdiscs vs VHS

Bij video en laserdisc was dus nog geen sprake van resolutie zoals we dat nu kennen van digitale bronnen. VHS had ongeveer 240 horizontale beeldlijnen. De beeldkwaliteit hing bovendien af van de conditie van de tape (magneetband) en de videorecorder. Door slijtage en veroudering nam de kwaliteit van de VHS-band geleidelijk af. Dat zorgde voor vagere beelden, minder scherpte en soms ook storingen in het geluid.

Laserdiscs had in Europa het PAL-systeem met 440 horizontale beeldlijnen. In Amerika en Japan waren dat er, met het NTSC-systeem, iets minder. Een laserdisc kon daardoor ongeveer twee keer meer details weergeven dan een VHS band. De beeldkwaliteit was bij een laserdisc, evenals bij de videoband, afhankelijk van slijtage van de plaat en de kwaliteit van de afspeelapparatuur. Doordat ze optisch werden gelezen waren ze echter minder gevoelig voor krassen.

Laserdiscs vs VHS, afspelen

De afspeelapparatuur voor laserdiscs was veel duurder dan die van videobanden. Beeldplaten kostten ook twee tot drie keer meer dan een film op videoband. Waarschijnlijk was dat de reden dat de laserdisc nooit zo succesvol werd als VHS.

De opslagcapaciteit van laserdiscs was ook beperkt tot gemiddeld ongeveer 45 minuten. Lange films moesten daardoor op twee schijven worden uitgebracht. En ik had bovendien een laserdisc-speler waarbij de beeldplaat moest worden omgedraaid. Halverwege een film moest dat handmatig gebeuren, zoals ik dat ook gewend was bij het spelen van kant A en B van een langspeelplaat.

Laserdiscs (her)opleving

Evenals het teruggekomen enthousiasme voor analoge vinyl grammofoonplaten zijn er ook verzamelaars van laserdiscs. Bij de grammofoonplaat kan ik me dat nog enigszins voorstellen. Bij een laserdisc door de hogere resolutie en superieure beeldkwaliteit van DVD, Blueray en 4K niet. Toch hoorde ik van een laserdisc verzamelaar ongeveer dezelfde argumenten als bij de vinyl revival:

  • Nostalgie: Voor veel mensen vertegenwoordigt laserdisc een tijdperk van hoogwaardige home video, vooral voor degenen die het formaat al in de jaren ’80 en ’90 gebruikten.
  • Superieure versies van films: Sommige films en speciale edities op laserdisc zijn nooit opnieuw uitgebracht op bijvoorbeeld DVD. Deze uitgaven bevatten soms unieke extra’s, ongecensureerde versies of bijzondere remastering die elders niet zijn te vinden.
  • Extra’s en commentaren: Veel laserdiscs, vooral in de jaren ’90, bevatten bonusmateriaal dat niet op DVD’s is meegenomen. Daarvoor is laserdisc dus de enige bron.
  • Analoge beeldkwaliteit: Sommige verzamelaars waarderen de “warme” analoge beeldkwaliteit van Laserdisc, vooral in vergelijking met vroege digitale formaten. Hoewel de ‘resolutie’ lager is dan op moderne DVD en Blu-rays, heeft analoge video volgens hen een unieke esthetiek.
  • Audiofielen: Het digitale geluid op Laserdiscs, vooral met Dolby Digital en DTS-surround sound, wordt nog steeds gewaardeerd door audiofielen. Die gebruiken het dan in combinatie met het inmiddels al wat ouderwetse 5.1 of 7.1 surround sound-systemen.

Forums en marktplaatsen

Ik ben aan het ontspullen. Waar kan ik met mijn laserdiscs naartoe? Er blijken diverse forums te bestaan met verzamelaars van laserdiscs. Dat zijn algemene platforms, zoals Reddit. Maar er zijn ook specifieke forums, zoals LaserDisc Database. Daar wisselen verzamelaars informatie uit over zeldzame titels, adviseren ze elkaar over het onderhoud van afspeelapparatuur en vertellen ze enthousiast over nieuwe aanwinsten.

De meeste verzamelaars vinden hun laserdiscs op veilingen. Marktplaats blijkt daarbij nauwelijks interessant. De meeste interesse voor laserdiscs is te vinden op Ebay, de voormalige eigenaar van Marktplaats. Daar blijkt dat voor sommige titels honderden dollars wordt betaald, afhankelijk van zeldzaamheid en staat.

In sommige landen worden ook bijeenkomsten georganiseerd voor verzamelaars van laserdiscs. Er zijn zelfs beurzen, met name in Japan en Amerika, waar verzamelaars beeldplaten en afspeelapparatuur kopen, verkopen of ruilen.

Aanvullende informatie

  • Het bonusmateriaal, vooral het combineren van informatie, bracht me begin jaren ’90 op het idee een CD Audio te voorzien van CD-Rom informatie. Een idee dat ik bij Joop van de Ende aankaartte. Die had juist Twenty-4-Seven in zijn artiestenstal opgenomen als reactie op Two Unlimited en 2 Brothers on the 4th Floor. Het werd niet direct opgepakt. Kort daarna vond een klant van me het wel een goed en leuk idee en kon ik het alsnog uitvoeren.
  • Volgens sommige historici zijn laserdiscs sterk verbonden aan de opkomst van filmliefhebbers en de enorme publieke interesse in het thuis kijken naar films. Het werd daarmee ook een belangrijke stap in de media-verschuiving van analoog naar digitaal.
  • Het is nu bijna niet meer voor te stellen hoe enthousiast we waren over de beeldkwaliteit van laserdiscs in het VHS-tijdperk. Pas bij het lezen van berichten uit die tijd realiseer ik me hoe bijzonder het was. Phil Mancino, medeoprichter van Modern Telecommunications Inc. In NewYork propageerde in dit tijd bijvoorbeeld zeldzame televisie- en bedrijfsvideobeelden te restaureren door het materiaal over te zetten naar een laserdisc die langer meegaat (bron: Anthony P. Montesano “History Savers transfers videos to laserdiscs before it’s too late”).
  • Een interessant boek is ‘The DVD and the Study of Film’ uit 2011 van Mark en Deborah Parker. In hoofdstuk 1, ‘The DVD and New Media’ schrijven ze over de verschillen tussen oude dragers, waaronder laserdisc, en DVD. Daarbij plaatsen zij de laserdisc als belangrijke overgangsvorm tussen VHS en DVD. Evenals bij originele film (celluloid), merken zij op, worden geluid en beeld bij laserdisc apart geregistreerd. Dat maakte bonussen mogelijkheden door gebruik van meerdere geluidssporen.
  • Een factuur van Ken Crane’s Laserdisc (JPG - 308,52 KB).

Artefacten bij video en laserdiscs

Volgt

Bovenstaand bericht is geschreven op 20 oktober 2024 door in de categorie 2024, Foto & film, Persoonlijk, Techniek en Technologie

Een willekeurig bericht

Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *




Veel foto's en illustraties zijn tijdelijk verwijderd van deze site en server i.v.m. media-reorganisatie
Hello. Add your message here.