Spullen, langzaam erin, snel eruit
‘Spullen? Langzaam erin, snel eruit’, merkt Erik op tijdens een gesprek.
‘Ik zou zeggen geleidelijk erin, in een keer eruit’, reageer ik. We hebben het over ontspullen, opruimen, verhuizen en aanverwante zaken.
Ontspullen, schreef ik eerder, maakt ook je hoofd rustiger. Volgens meerdere onderzoeken verbetert het je gevoel van welzijn, geluk en veiligheid. Bij die onderzoeken gaat het echter altijd over ‘rommel’, niet over spullen.
Er zijn overigens ook onderzoekers die in kantoorruimtes in de rommeligheid juist orde herkennen. Stapeltje spullen, papieren, boeken en dergelijke. Voor een buitenstaander rommelig, maar voor de eigenaar overzichtelijk. Over rommel uit onderzoeken is echter veel meer te vertellen en het gaat dan niet alleen over spullen.
Spullen met een eigen verhaal
Spullen die geleidelijk een huis binnenkomen zijn niet per se rommel. Het zijn boeken, vaasjes in de vensterbank, LP’s uit de tijd dat er nog geen Spotify was en Laserdiscs als fase tussen video en DVD. Maar ook gebruiksvoorwerpen zoals een calculator, smartphone, televisie.
Geleidelijk verzamelt een mens veel spullen. Het vormt een overvloed aan voorwerpen, zonder dat er sprake is van troep of wanorde. En ze vertegenwoordigen vaak een herinnering, betekenis en/of waarde.
Voor mij bijvoorbeeld die placemats die ik kocht tijdens een vakantie in Londen tot de rekenmachine die ik al gebruikte in mijn studententijd. Het zijn geen nutteloze spullen en al helemaal geen rommel. Deze voorwerpen vonden hun weg in huis omdat ze betekenisvol of functioneel zijn of waren.
De groeiende verzameling boeken
Boeken vind ik ook een mooi voorbeeld van voorwerpen met een verhaal. De meeste boeken koos ik zorgvuldig uit. Het onderwerp sloot aan bij mijn werk of studie of het was op enig moment een populaire roman. Bij andere wekte de titel mijn interesse. Zelden werd een boek twee keer gelezen, ook al was die intentie er soms wel.
Na een tijdje duwden de nieuwe boeken de oude naar achteren. Uiteindelijk vulden ze niet alleen mijn Billy boekenkasten. Ze vormden stapeltjes op de vloer, verdwenen in dozen naar zolder en zelden werd er eentje weggedaan.
Vrijwel al die boeken hebben een verhaal. Niet alleen in het boek. Want er is ook het verhaal van de aanschaf of verkrijging. Volgens onderzoek vormen juist al die verhalen, ook van de hieronder genoemde spullen, samen een gevoel van ‘overvol’.
Apparaten
Apparaten zijn ook spullen. Ik kocht ooit een televisie. Die vervulde lange tijd trouw zijn dienst. Maar er kwamen nieuwe mogelijkheden zoals hogere resolutie, surround sound en meer. De televisie moest worden vervangen. De oude televisie verhuisde naar een andere kamer, waar het nog weinig werd gebruikt. Maar het bleef daar staan. Bij mij gelukkig tot ik er iemand een plezier mee kon doen. Waarschijnlijk mijn eerste bewuste keer ontspullen.
Andere apparaten bleven vaak wel bewaard. Omdat het, hoewel nauwelijks of nooit gebruikt, zo handig was of ‘omdat het nog werkt’. Zo groeide mijn collectie apparaten en voorwerpen, elk met hun eigen functie.
Bijzondere alledaagse spullen
Niet al deze spullen zijn uit het oog verloren. Sommige zijn me dierbaar of liggen om een andere reden prominent in het zicht. Denk aan vaasjes in de vensterbank, kleine beeldjes op een plank, of fotolijstjes op de kast. Deze voorwerpen zijn soms herinneringen aan een fijn moment. Maar hoe vaak denken we daar aan terug, of met andere woorden hoe vaak kijken we bewust naar zo’n voorwerp… vanwege de herinnering.
Het zijn voorwerpen die een huis uniek en persoonlijk maken. Ze zijn er om te koesteren. Toch kunnen zelfs deze dierbare spullen na verloop van tijd ongemerkt een overvloed vormen. Het ene fotolijstje op de piano werden er twee. En voor je het weet staat de piano vol fotomomenten. Het ziet er gezellig uit en het geeft karakter aan een huis. Maar volgens onderzoekers kunnen die spullen je overweldigen, zonder dat je dat zelf door hebt.
Spullen nemen ruimte in, niet alleen in je huis
En alle spullen nemen ruimte in. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. Grof vertaald uit onderzoeken vormen spullen door hun aanwezigheid telkens een beetje een last. Hoe dat werkt, daarover verschillen de conclusies van onderzoeken. Ze kosten je in elk geval energie.
Die oude smartphone in een lade herinnert je aan de tijden dat het onmisbaar was. Je weet dat je het nooit meer zal gebruiken, maar legt het terug in de la. De oude televisie in de hoek van de logeerkamer neemt ook schijnbaar alleen fysieke ruimte in.
Maar volgens onderzoek dus ook ‘mentale ruimte’. Alle spullen vragen op een of andere manier om aandacht. Want je moet er een plekje voor vinden, je herinnert je het moment van aanschaf, je vraagt je (vaak meerdere keren) af of je ze nog nodig hebt en je maakt ze schoon, schuift ze aan de kant omdat er nog een spul bij moet enzovoort.
Ruimte krijgen door ontspullen
Soms neem je je voor te ontspullen. Het helpt zo’n gegroeide verzameling af en toe te bekijken. Wellicht omdat je ontdekt dat al die spullen je energie ontnemen. Of omdat je een balans wilt vinden in wat je wilt bewaren en wat geen nut meer voor je heeft.
Het verschil tussen rommel en de gegroeide verzameling spullen zit hem in de persoonlijke waarde die je aan iets geeft. Door regelmatig naar je spullen te kijken en opnieuw te kiezen wat je echt wilt houden, ontstaat er fysieke ruimte. Die nieuw verkregen ruimte geeft volgens allerlei onderzoek dus onder andere welzijn, geluk en veiligheid. Oftewel mentale rust.
Rommel en spullen in onderzoek
Bij spullen denken we in het Nederlands meestal aan voorwerpen. Het woord rommel betekent dan een ongeordende verzameling spullen. Uit de veelal Engeltalige onderzoeken blijkt er voor buitenlanders nauwelijks verschil tussen rommel en spullen. Ze noemen het ‘clutter’ en dat gaat verder dan spullen als voorwerpen.
Wanneer het gaat over voorwerpen zoals wij dat bedoelen noemen ze het soms ‘stuff’. Maar meestal staat er dan ‘clutter and other stuff’.
Rommel
Een leuk verschil vind ik ook dat onze rommel zichtbaar is, maar clutter ook onzichtbare rommel kan zijn. En voor sommigen bestaat onze rommel vooral uit een ongeordende verzameling spullen die hun functionele waarde hebben verloren. Dat kunnen spullen zijn niet meer worden gebruikt, maar ook kapotte spullen. Een zo’n voorwerp is echter geen rommel. Het is de verzameling van dat soort spullen die de rommel maken.
Clutter gaat dus verder. Natuurlijk gaat het daarbij in onderzoeken over voorwerpen die wij bij elkaar rommel noemen. Maar het zijn ook spullen die nog wel een functie hebben, nog worden gebruikt en niet kapot zijn.
Soorten rommel in clutter
En het gaat ook verder dan spullen. In onderzoeken bestaat onderscheid in meerdere soorten ‘clutter’. Zoals bijvoorbeeld:
- Fysieke ‘clutter’ – vaak een teveel aan iets, zoals te veel kleren, te veel speelgoed, te veel bestek. Maar ook te veel ontbrekende spullen in een set of juist dubbele exemplaren.
- Tijd ‘clutter’ – dat is te gevulde tijd. Een overbelaste agenda, doordat je op alle uitnodigingen ‘ja’ zegt. Te veel boodschappen op je lijstje, waardoor je lang in de supermarkt loopt.
- Ruis ‘clutter’ – het is alles dat, soms ongemerkt, je rust verstoort. Te luide muziek, die je bovendien niet leuk vindt. De continue pings van meldingen op een smartphone.
- Digitale ‘clutter’ – dat kunnen de vele e-mails zijn van nieuwsbrieven die je ooit interessant vond. Of een harde schijf of smartphone die volstaat met bestanden en apps die je niet of nauwelijks gebruikt.
- Papier ‘clutter’ – dat lijkt een beetje op digitale ‘clutter’, het zijn vooral de vele folders die bij sommigen nog steeds door de brievenbus komen. Maar ook bonnetjes, verslagen en andere niet meer relevant papierwerk dat is blijven liggen.
- Mentale ‘clutter’ – Zelfs negatieve gedachten, onnodige zorgen en dergelijke vallen bij de Engelsen onder rommel. En al die dingen die je wilt onthouden, terwijl je het evengoed kunt opzoeken als het nodig is. Het leidt te veel af van wat wel belangrijk is.
Spullen, langzaam erin, snel eruit
Tijdens mijn laatste verhuizing realiseerde ik me de geleidelijkheid waarmee spullen je huis binnenkomen. Elke dag krijg en koop je wel iets dat wordt bewaard. En als dan bijna de dag komt dat je gaat verhuizen of om een andere reden je huis leeg moet maken, moet je al die spullen inpakken.
Veel sneller dan de spullen binnenkwamen, gaan of moeten ze er weer uit. Een moment om te ontspullen, als je dat niet eerder deed. Want als je niet ontspult, verhuist er een hoop ballast aan ongebruikte, kapotte en op andere wijze onnutte spullen mee.
Sneller eruit
Langzaam erin, snel eruit, zoals Erik zei. Nog sneller eruit kan door eerder ontspullen. Zelf merkte ik dat beginnen met ontspullen moeizaam gaat. Dingen hield ik tegen het figuurlijke licht met de vraag of het nog enige waarde had. Vaak was er het besluit, ‘ok, het is weinig of nooit gebruikt. Maar als ik het wegdoe zal je zien dat ik het nodig heb’.
Toen ik inzag dat ik in die zeldzame gevallen het product opnieuw kan kopen, kon ik al direct meer afstand doen van bepaalde spullen. En vrij snel kon ik daarna ook andere spullen wegdoen. Dat wegdoen bestond in mijn geval uit weggeven aan de kringloop, plaatsen op de buurtapp of naar de stort brengen als grofvuil.
Een leeg hoofd, of niet
En wordt door dat ontspullen naast je fysieke ruimte, ook je hoofd leger, zoals ik mensen vooraf hoorde zeggen? Of word je er gelukkiger van en verbetert het gevoel van welzijn, geluk en veiligheid, zoals onderzoeken concluderen?
Nee, bij mij voelde het anders. Het gaf mij vooral een gevoel van vrijheid. Ik verklaar dat nu vanuit verantwoordelijkheid. Bezit betekent verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid is dat kleine beetje energie dat op elk van je spullen ligt, ook op de ongebruikte en kapotte spullen. Wegdoen van onnutte spullen maakt die energie vrij.
Weggooien en meenemen
Bij weggeven voel je dat een beetje. Wellicht doordat het een transactie lijkt. Bij het weggooien, letterlijk, bij de stort is het echt vrij maken. Heerlijk. Ik haalde een spul uit de bestelbus en gooide het van me af. Weg ermee. Daarbij voelde ik het echt als volledig afstand nemen van het spul en de verantwoordelijkheid die ik er ongemerkt daarvoor nog voor had.
Ik deed ook de helft van mijn kleding weg. De vuilniszakken verdwenen in de blauwe bakken van MC Textile. De klap van de klep had hetzelfde effect als het gooien bij de stort.
En wat neem ik mee naar mijn nieuwe woning? De spullen die ik echt waardevol vind, als herinnering, bezit of nuttig. Maar ik zal nu altijd bovenstaande ervaring in gedachten hebben. Dus spullen komen er langzamer in en gaan er sneller uit… al voor een verhuizing of ander keer- of eindpunt.
Aanvullende informatie
Er zijn honderden onderzoeken gedaan naar het effect van ‘rommel’. De meeste gaan niet per se over de ongeordende verzameling. Enkele voorbeelden van onderzoek:
- ‘Life at Home in the Twenty-First Century: 32 Families Open Their Doors’ uit 2013 is een veelgeciteerd onderzoek van de University of California. Jeanne E. Arnold en collega’s onderzochten de effecten van rommel op het welzijn. De onderzoekers ontdekten dat een rommelige omgeving hogere niveaus van het stresshormoon cortisol veroorzaakt. Voor veel mensen kan een opgeruimde ruimte rust creëren, en deze studie suggereert dat de zichtbare ordening in huis daadwerkelijk kan helpen om het stressniveau te verlagen (PDF - 40,63 KB).
- Joseph Ferrari deed heel veel onderzoek rondom ‘clutter’. Hij schreef onderzoeksrapporten en artikelen. Die laatste vooral in ‘Journal of Environmental Psychology’. Zelf heeft hij een grote verzameling vuurtorentjes. Er zijn op zijn universiteit meer medewerkers die ‘rommel’ onderzoeken. Zij keken bijvoorbeeld naar het effect op de geestelijke gezondheid en productiviteit op kantoor (PDF - 434,64 KB).
- Een bijzondere commissie van de Amerikaanse Senaat onderzocht de effecten van ‘hoarding’ (verzamelstoornis) op ouderen, EHBO’ers en hun gemeenschap. In een rapport ‘The Consequences of Clutter’ behandelen ze vele vormen van rommel en spullen (PDF - 8,29 MB).
Zie ook het bericht ‘dood-schoonmaken‘ (over het Zweedse woord Döstädning) of ‘ontspullen‘
Een willekeurig bericht
Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.