Overstroming van Nederland

Overstroming van Nederland

Jaren geleden waarschuwde een vriend me voor de overstroming van Nederland. Hij woonde evenals ik in Utrecht. Dat was volgens hem gevaarlijk, want bij de overstroming van Nederland zou de stad onder water lopen. Zelfde wilde hij op de Amerongse berg gaan wonen, dat was volgens hem hoog genoeg.

De waarschuwing van de vriend was ingegeven door wetenschappelijke berichten. Maar vooral door Nostradamus. Die astroloog ziener uit de 16de eeuw had meerdere voorspellingen gedaan die, volgens de vriend, al waren uitgekomen. Ik vond de voorspellingen in versvorm nogal vaag en zoals een horoscoop op allerlei manieren te interpreteren.

Overstroming van Nederland

Ik neem berichten over een mogelijke overstroming van Nederland echter wel serieus. Maar het is voor mij niet iets om dagelijks mee bezig te zijn. Soms word ik er echter op een leuke manier aan herinnerd. Zoals afgelopen week.

In een vergeeld aardrijkskundeboek uit 1906 las ik:
Wanneer geen duinen of dijken ons land beschermden, zou bij gewone vloed een groot deel van het land, dat lager ligt dan 1 M. + Amsterdams Peil onder water lopen.

Het lijkt een geruststellende zin. De dijken en duinen beschermen ons. Maar het klinkt ruim 100 jaar later als de voorbode van een nat pak. Want de dijken zijn er nog, maar de wereld eromheen is veranderd. Zeespiegel omhoog, bodem omlaag. En het klimaat? Onstuimiger dan ooit. In dit kikkerlandje, waar we heuveltjes bergen noemen en 69 meter ‘hoog’ noemen, is de kans op natte voeten inmiddels groter dan ooit.

Land van laagtes en lullige hoogten

Zonder me verder druk te maken over een overstroming van Nederland blader ik door het boekje van Henk Blink. Nederland is volgens deze leraar aardrijkskunde en hoogleraar economische geografie ‘vlak, maar complex’.

Na bovengenoemde zin over duinen en dijken vervolgt Blink met: “Dit geeft ons aanleiding in Nederland naar de hoogte en met betrekking tot den waterstand der zee twee karakteristiek verschillende delen te onderscheiden.’ Waarna hij een tweedeling maakt in een deel dat zonder bescherming bij een gewone vloed onder water zou lopen en de rest, het deel dat droog zou blijven. Oftewel, het overgrote deel van Nederland versus een paar hobbelige uitlopers van ijstijden.

Wonen op techniek

De ‘rest’ bestaat uit enkele stukken Veluwe, Limburg en wat zandgronden in het oosten. In het overgrote deel van Nederland wonen we in feite op techniek. We hebben dijken, pompen en polders nodig in een land dat is ontworpen op droogte in een natuurlijke natheid.

Maar het leukste onderdeel van het boekje vind ik de aandacht voor onze ‘bergen’. Ook al verdienen die slechts een voetnoot in plaats van een vlag. Ok, de Vaalserberg is met zijn 322,4 meter relatief hoog ten opzichte van de genoemde berg in Amerongen van 69 meter. Maar ook de Vaalserberg is een molshoop vergeleken bij de Mont Blanc. De top daarvan op de grens van Frankrijk en Italië meet rond de 4800 meter.

Bergen in Nederland

Blink geeft in zijn ‘Aardrijkskunde van Nederland’ een overzicht van de bergen in Nederland. Ik vind dat leuk, vooral ook omdat blijkt dat die in 100 jaar niet zijn veranderd. Dat had bijvoorbeeld gekund door een andere rekenwijze te hanteren. Zoiets gebeurde bij veel andere onderwerpen. Soms omdat er betere meetapparatuur is. Maar vooral ook om zaken beter voor te doen of gewoon mensen te beduvelen (zoals bij BMI-meting).

Ik kan hier het lijstje van Blink opnemen. Maar hij houdt het kort. Terwijl op Wikipedia een heel uitgebreide lijst staat van ‘bergen’ met hun hoogtes. En ja, daar noemen ze het ‘heuvels in Nederland’. Overigens leuk om na die lijst ook even te kijken naar de bergen in Europa.

Amsterdam Peil

Blink geeft in het hoofdstuk, waar overstroming van Nederland onder zou kunnen vallen, uitleg over het Amsterdams Peil (A.P.). Hij vertelt daarin onder andere dat het A.P. geen horizontale lijn is, “maar maar een niveauvlak. Het neemt de buiging van de oppervlakte van stilstaand water aan, wanneer dit zich over geheel Nederland uitbreidde.”

Daarbij vertelt hij ook dat vroeger aangebrachte merktekens voor het A.P. niet overal in het land volkomen juist waren. Hij noemt het corrigeren het Nieuw Amsterdams Peil. Maar dat blijkt een hardnekkige fout, de juiste term is Normaal Amsterdams Peil (NAP).

Voor informatie is het dus beter de actuele informatie over dit niveauvlak en hoogtemeting te lezen.

Hoogte en laagtes

Met het A.P. als leidraad vertelt Blink verder over de hoogtes en laagtes in Nederland. Interessant, en voor velen wellicht een ‘eyeopener’ in het kader van een eventuele overstroming van Nederland. Want de bergen zijn leuk, maar de laagtes zijn belangrijker.

Want daar wonen we. Maar liefst 26% van Nederland ligt onder zeeniveau en een ander deel ligt nauwelijks daarboven. En juist in die lage gedeelten liggen onze grootste steden, havens en hypotheekschulden.

De droge voetenlijn

Overstroming van Nederland (kaartje Henk Blink)

Overstroming van Nederland bij de dijken weggedacht

In het boek toont Henk Blink een kaart van Nederland die het ongemak zichtbaar maakt. Het is geen toeristenkaart of wandelpad, maar een droge-voetenlijn waarbij hij de dijken heeft ‘weggedacht. Die ‘lijn loopt grofweg van Zeeland, via Rotterdam, Utrecht en Amsterdam, naar het noordoosten. Alles ten westen van die lijn is kwetsbaar bij overstroming. En alles ten oosten ervan heeft iets meer kans op droge sokken.

Als het water komt, bijvoorbeeld door een stormvloed die de dijken van Zuid-Holland breekt, dan ligt er binnen een paar dagen een binnenzee over de Randstad. Niet overal even diep, maar diep genoeg om het onbewoonbaar te maken. Niet voor een dag, maar voor maanden of jaren.

Het water komt

Rutger Bregman schreef hierover in zijn boek ‘Het water komt’ uit 2020: “Er is geen ramp in Nederland die zoveel levens kan kosten, zoveel schade kan aanrichten en zoveel chaos kan veroorzaken als een overstroming. En toch lijken we het collectief te zijn vergeten.”

Het is een treffende observatie. We praten liever over woningtekorten dan over waar die woningen straks niet meer kunnen staan. Het is een soort collectieve ontkenning. De serie ‘Als de dijken breken’ toonde dat, met de gevolgen.

Van verzanding naar verzilting

Want het probleem is niet alleen het water zélf, maar ook het feit dat onze bodem daalt. Door veenoxidatie, gaswinning, en inklinking zakt het geheel jaarlijks een paar millimeter. Ondertussen stijgt de zee, warmen de polen op en nemen extreme neerslag én droogte toe. Water van alle kanten dus: van boven, van onder, van opzij.

Technisch gezien zijn we voorbereid. We hebben de deltawerken, stormvloedkeringen, dijkverhogingen en evacuatieroutes. Maar de vraag is niet alleen of we het aankunnen, maar hoe lang nog. En hoeveel het mag kosten.

Wonen op hoop van droogte

Toch blijven we bouwen in de laagste delen van het land. Niet omdat het moet, maar omdat het mag. Omdat het mooi is aan het water en omdat de grond relatief goedkoop is. En omdat ‘het gebeurt in de Randstad’… waar echter de grond ooit nat en vruchtbaar was.

Misschien wordt het tijd om net als onze voorouders opnieuw te denken in hoogteverschillen. Niet uit angst, maar uit slimheid. En niet als vlucht, maar als herverdeling van risico. Want stel dat we straks moeten vluchten voor het water. Dan wil je niet met je keldertrapje de diepte in, maar liever richting Grebbeberg. Of op z’n minst naar een fietspad in Drenthe.

Een berg van kennis

Nederland is geen vlak land. Het is een hellend vlak. Niet geografisch, maar klimatologisch. We glijden niet naar beneden, maar naar voren. De toekomst in. En als we blijven doen alsof we veilig zitten omdat we het ooit goed hadden geregeld, dan raken we het overzicht kwijt. Letterlijk.

De Vaalserberg is een mopje op de kaart en we hebben geen echte bergen. Maar misschien moeten we het eens anders bekijken: onze hoogste berg is niet van zand, maar van kennis. En de dijken zijn ons geheugen. Onze enige redding is het besef dat water geen verleden is, maar toekomst.

Aanvullende informatie

  • Ik had voor dit bericht eerst de titel ‘van Grebbeberg tot keldertrapje’ bedacht. Het blijft een leuke. Zo werk ik overigens regelmatig, dat ik een titel bedenk bij een gedachte, om daarmee mijn verhaalrichting aan te geven bij het onderzoek en schrijven. De gedachte begon in dit geval bij het boek van Henk Blink. Die vond ik leuk, maar door het lezen van informatie eromheen kantelde het verhaal.
  • De alinea ‘het kan verkeren’ heb ik weggelaten in het geheel. Het zou gaan over het kaartje van Blink. Dat kaartje toont waar Nederland onder water zou lopen. Maar de afgelopen jaren gebeurden de overstromingen voornamelijk in het zuiden van Nederland, aan de oostkant van de drogevoeten-lijn.
  • Het boek ‘Het water komt’ uit 2020 van Rutger Bregman gaat over Johan van Veen, de vader van het Deltaplan. Vrijwel niemand kent hem en het verhaal dat door de stijgende zeespiegel relevanter is dan ooit. In zijn brief aan alle Nederlanders toont Bregman dat we de strijd tegen het water opnieuw kunnen winnen.
  • De diagonaal die Henk Blink ziet lijkt op een andere diagonaal door Nederland. Daarbij is het Sietse van der Hoek die ziet dat Nederland is te verdelen door zo’n natuurlijke scheidslijn.
Print deze pagina
Bovenstaand bericht is geschreven op 6 mei 2025 door in de categorie 2025, Geschiedenis, Maatschappij, Persoonlijk, Techniek en Technologie

Een willekeurig bericht

Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *




Veel foto's en illustraties van voor 2020 zijn tijdelijk verwijderd van deze site en server i.v.m. media-reorganisatie
Hello. Add your message here.