Surinaams bezoek

Gisterenochtend ontving ik drie ondernemers om te praten over een project in West-Afrika. Het was de eerste keer dat ik Richard, Room en Henk, na enkele telefoongesprekken, ontmoette. Als gewoonlijk wissel je dan eerst wat algemeenheden uit. Daarbij kwam ook deze website ter sprake. Eén van de heren, Henk, had een flink aantal berichten gelezen, bleek al snel uit zijn opmerkingen.

‘Oh ja’, zei hij daarbij ineens,’dat stuk over John Lennon, daar moet ik je nog iets over vertellen. Twaalf jaar geleden vertelde een CIA-man me uitgebreid over John Lennon. Toen ik je verhaal las kwam dat weer helemaal naar boven. Zijn verhaal was anders, maar de strekking was hetzelfde. Heel bijzonder’.

Na een korte uitleg door Henk en mij over de strekking van het bericht aan de andere twee aanwezigen kwam het gesprek op de FBI en de CIA. Daar hadden ze uitgebreid kennis mee gemaakt in dat ene café (ik ben de naam vergeten) in Suriname waar iedereen elkaar tegenkomt, zoals zij het noemden.

Het bleek dat ze bijna tien jaar in Suriname hadden gewerkt voor verschillende ondernemingen en aan eigen projecten en investeringen. In hun groeiende frustratie over de totale corruptie, de tegenwerking en criminaliteit hadden ze elkaar gevonden en samen nog drie jaar geprobeerd er het beste van te maken.

Maar ze hadden Suriname nu de rug toegekeerd. Er waren maar weinig woorden van mij nodig om meer over hun Surinaamse avontuur te horen. Over de ministers die niets willen, tenzij de portemonnee opengaat. Over de grootgrondbezitters die veel geld op de bank hebben, maar niet geïnteresseerd zijn in ontwikkeling van het land; niet in hoge rendementen bij een geslaagd project, maar alleen bij betaling vooruit willen meewerken. Over de weliswaar foute president, maar die als enige bestuurder wel ontwikkeling van het land nastreeft. Over de slimme bewoners, waarvan de meeste in Nederland wonen, en de veelal domme achterblijvers.

Ook over de CIA die hoofdzakelijk in het boven bedoelde café kwam om gesprekken op te vangen van de aanwezigen. Gesprekken met bruikbare informatie voor de voortdurende strijd tegen de drugshandel. In een land waar de hennepplanten menshoog staan op plantages, waar de bewoners worden betaald om de andere kant op te kijken wanneer de af en aan vliegende cocaïne-koeriers overkomen of worden betaald om te helpen bij het in- en uitladen.

En tenslotte over de andere Nederlanders die met enthousiasme en goede bedoelingen naar Suriname waren gekomen of vanuit Nederland projecten waren gestart. De meesten, eigenlijk allemaal, maar dat vonden ze wat definitief klinken, zijn inmiddels evenals zij een ervaring rijker en financieel een stuk armer.

De ondernemers, waarvan Room zichzelf een Amsterdammer van Surinaamse afkomst noemde en die eigenlijk Romario heet, richtten zich nu Ghana. ‘Afrika is ook niet makkelijk’, begon Richard,’maar ze hebben respect voor hun aanwezige bronnen en de natuur’. Ook dat is een probleem van Suriname’, zei hij, ‘het disrespect voor het eigen land, het kappen van de bossen, het voor persoonlijk gewin uitputten van bronnen van delfstoffen’. En daarmee waren we terug in Suriname.

Nou even dan. Want na de grote financiële verschillen, van tergende armoe tot vermogens van rond de tien miljoen, kwam het op het onderwerp water. Niet de toegang van bewoners tot sanitaire voorzieningen, aan de hand waarvan het armoedecijfer van Suriname werd vastgesteld op 67% in 2000. Nee, het ging over de hoeveelheid inlands wateroppervlak. Die is volgens de heren groot. 80% van het land bestaat weliswaar uit oerwoud, maar in de bewoonde gebieden is veel water. En de bevolking leert niet zwemmen, dus regelmatig verdrinken er kinderen. Ze worden meegetrokken in de te sterke stroming. Henk vertelde dat hij een paar dagen geleden werd gebeld door een Surinaamse vriendin, haar twee kinderen van 17 en 14 waren de dag ervoor verdronken.

Deze trieste opmerking drukte het onderwerp Suriname definitief naar de achtergrond. Het moest gaan over Ghana. Een democratisch ontwikkelingsland met een president, veel grondstoffen en veel vruchtbare grond. Maar bovenal mensen die trots zijn op hun land, die iets van hun land willen maken en daarbij graag hulp krijgen bij de dingen waarvan ze onderkennen dat ze die ontberen, kennis- en ervaringsgebrek hebben of vanuit hun eigen cultuur geen of niet gemakkelijk verandering kunnen brengen.

Print deze pagina
Bovenstaand bericht is geschreven op 16 november 2012 door in de categorie 2012, Algemeen

Vorige en volgende berichten

« Ouder: Nieuwer: »

Een willekeurig bericht

Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *