90 op de snelweg
Ik houd van doorrijden op de snelweg. Vroeger reed ik vooral, wat ze noemen, stevig. Dat woord slaat niet alleen op snelheid, maar ook op manoevres maken om bijvoorbeeld een slak in te halen, van filebaan verwisselen als die sneller lijkt te gaan etc. Altijd net over de maximum snelheid rijden was bijna standaard. En op weg naar een klant ruim over die snelheid. Helemaal als er extra energie werd verlangd bij die afsrpaak, vanwege een presentatie of een ‘zwaar weer’-gesprek. De concentratie bij de hogere snelheid gaf toch de benodigde extra adrenaline als je bij de klant aankwam.
Geleidelijk ben ik rustiger gaan rijden, je wordt wat ouder denk ik dan maar. Rustiger betekent vooral lekker met de stroom mee, soms nog de stevigheid van hierboven en soms helemaal rechts in een slakkegangetje.
Toen ik enkele weken geleden een andere auto kreeg, bemerkte ik ineens dat ik wel erg vaak rechts reed met een snelheid van tegen de honderd. Kwam het omdat de motor dan zo mooi liep. Of was het mijn interesse in die boordcomputer waarop ik kan zien hoeveel brandstof ik per 100 km gebruikt.
Mijn vorige auto was een pittige, middenklasse diesel. Daar had ik het ook op bekeken en mijn rijgedrag op het laatst naar een gemiddelde van 1 op 22 km gekregen. Nu rijd ik een combinatie van benzine en gas en ben ik het opnieuw aan het bekijken.
Daarbij viel het me op een gegeven moment op dat ik om meer om me heen keek. Niet zoals gewoonlijk de omgeving registrerend, maar echt kijken zoals je doet als je fietst op een zondagmiddag. De rust van de motor speelde daarbij zeker een rol en die klonk het lekkerst bij 95.
Om vooral niet tegen mezelf te hoeven zeggen ‘goh, je bent een ouwe zak aan het worden’, herinnerde ik me aan een rekensommetje dat ik jaren geleden maakte op weg van Utrecht naar Den Haag. Er kwam toen iemand voorbij rijden die nog veel harder reed dan ik. Hoeveel sneller zal die in Den Haag zijn dacht ik. Het rekensommetje was snel gemaakt, 60 minuten maal de afstand gedeeld door de snelheid per uur. Met de afstand Utrecht naar Den Haag op 50 km kom je bij 100 km per uur op 30 minuten, bij 120 km/u op 25 minuten en bij 90 km/u op 33 minuten.
Bij een langere afstand worden de verschillen wat groter natuurlijk. Bij een rit van Maastricht naar Leeuwarden (zeg 300 kilometer) is de reisduur 3 uur bij 100 km/u, 2 uur 18 bij 130 km/u en 3 uur 20 bij 90 km/u. Bij zo’n lange rit heb je vanzelfsprekend meer kans op oponthoud. Een brug die 5 minuten open staat, een oud vrouwtje dat te lang links blijft rijden, een stoplicht. Hoe vaak gebeurd het niet dat een auto die jou met hoge snelheid inhaalde een eindje verderop weer naast je staat?
Mede daarom is het inititatief van Matthijs Lievaart leuk. Hij heeft de ‘club van 90‘ opgericht. Je bent theoretisch, zoals hierboven beschreven, bij een snelheid van 90 wat langer onderweg; in de praktijk valt het verschil voor de hardrijder meestel tegen. Maar je bent ook gewoon lekkerder onderweg, je ziet wat van je omgeving en blijkt ook meer ontspannen te arriveren op de plaats van bestemming. Bovendien help je het milieu. Want, zo kun je lezen op de website van de club van 90, de luchtweerstand is veel minder. Dat bljkt kwadratisch te zijn; twee keer zo hard rijden is vier keer zoveel luchtweerstand. Minder luchtweerstand betekent minder brandstofgebruik en dus minder CO2-uitstoot.
Op de site van de club van 90 kun je een sticker (hiernaast een afbeelding), waarmee je toont dat ook jij het wat rustiger aan bent gaan doen.
Een willekeurig bericht
Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.