Televisie Dááág
Er is geen enkele reden om vandaag een bericht te schrijven over de televisie of de Wereld Televisiedag. Als het per se moet dan zou ik dat veel beter volgend jaar kunnen doen. Dan immers bestaat de Nederlandse televisie 65 jaar en is het 20 jaar geleden dat door de Verenigde Naties de Wereld Televisiedag, op 17 december 1996, in het leven werd geroepen.
Bij televisiedag gaat het niet om het apparaat, maar worden we geacht stil te staan bij het medium televisie. Met die kennis kun je verwachten dat er ook een internetdag gaat komen en vraag je je af waarom er geen radiodag is. Helemaal nu juist het gebruik van het medium enorm aan het veranderen is en jongeren zelfs allerlei media door elkaar gebruiken.
Kijkgedrag
Voor ouderen is de televisie, zowel het apparaat als het medium, wellicht nog een even heilige koe als de auto. Voor de huidige jongeren gaat het vooral om informatie en uitwisseling. Apparaten en media zijn daarbij slechts wat ze moeten zijn noodzakelijk (de apparaten) en een medium (de media).
Televisie was ooit het vaste medium, want via een televisieapparaat, waarmee willekeurig, door programmamaker bepaald, bewegend beeld werd getoond. Tegenwoordig komt alles wat televisie was via allerlei kanalen. En we maken het ook zelf (denk bijv. aan de vele beelden van omstanders bij het omvallen van de kraan in Alphen a/d Rijn).
Meningsvorming
Marhall McLuhan zie ‘the medium is the message’. Daarmee bedoelde hij dat het gekozen medium om een bericht te presenteren sterk bijdraagt aan de beeldvorming. In de jaren zestig klopte dat wellicht. Het medium televisie raakte langzaam ingeburgerd, door de groeiende verkoop van tv-apparaten. Het verdrong de radio, doordat er naast geluid ook beeld bijkwam.
Dat betekende een extra zintuig en inderdaad aanvullende informatie. Als voorbeeld om het verschil aan te geven, in die tijd, wordt vaak Nixons verkiezingsrace aangehaald. Hij was eerst alleen op de radio te horen en stond daarna hoog in de peilingen. Maar op televisie kon iedereen hem zien en viel hij door de mand met zijn onzekere bewegingen.
Tegenwoordig
De overgang van radio naar televisie, eigenlijk dus van geluid naar geluid en beeld, was een grote stap. Het geeft meer informatie en bovendien zijn mensen sterker visueel ingesteld dan auditief. Het medium televisie zal daardoor zeker meer invloed hebben op de beeldvorming dan radio.
Tegenwoordig zijn er echter talrijke bronnen waarbij we beeld en geluid, al dan niet bewegend, voorgeschoteld kunnen krijgen. Kunnen krijgen, want we zijn niet meer afhankelijk van wat de programmamaker voor ons bepaalt, maar we zijn onze eigen regisseurs.
We kijken naar bewegend beeld met geluid op televisie en youtube. We halen onze informatie op dezelfde manier ook via sociale media, apps, internet en allerlei andere bronnen. En we wisselen informatie uit door dialoog en door zelf informatie toe te voegen.
Impact
McLuhan heeft het ook over hete en koude media, waarbij het gaat om participatie en interactie. Ik vind het, na wat ik hierboven schreef, in het kader van de Dag van de Televisie veel interessanter te kijken naar impact.
Wanneer je mensen vraagt welk bericht het meest impact heeft gehad, krijg je antwoorden waar even goed radiomomenten bij zitten. Soms waren het berichten uit een tijd dat er nog geen televisie was of geen televisietoestel. Mensen zaten toen om de radio te luisteren naar hoorspelen en nieuwsberichten, bijvoorbeeld over de watersnoodramp in 1953 (mp3).
Soms was er op dat moment geen televisie, want pas de laatste jaren zijn overal camera’s. Soms had er televisie kunnen zijn, maar was de Nederlandse televisie er niet. Uitwisseling van beeldmateriaal is ook iets van de laatste jaren.
Of de televisiemakers werden op afstand gehouden door de politie, zoals bij de crash van Dodi en Prinses Diana, of om andere redenen.
Het hoeft niet per se het medium te zijn, dan wel de boodschap die het meeste impact heeft. Het onverwachte overlijden van een bekend persoon komt tegenwoordig sneller tot ons via een app bericht van Nu.nl of NPS, dan via radio of televisie. Die laatste media zijn hooguit aanvullend om commentaar te horen of beelden te zien.
De cijfers
Er worden door meerdere organisaties onderzoek gedaan naar onze informatievoorziening. In de meeste gevallen blijven de resultaten binnenskamers. De Telegraaf, Sanoma en anderen willen weten hoe we met diverse media omgaan, om daaruit conclusies te trekken voor bedrijfsvoering, bladinvulling of andere zaken.
Voor televisie wordt sinds 2002 kijkonderzoek gedaan door, één keer raden, de Stichting Kijk Onderzoek (SKO). Het is natuurlijk leuk om de cijfers te vergelijken tussen het eerste jaar en het afgelopen jaar.
Maar wellicht interessanter is hun interpretatie van de cijfers, met in het achterhoofd de enorme toename de afgelopen vijf tot tien jaar van bronnen (sociale media, smartphones met camera’s en apps, geavanceerde zoekprogramma’s, gedigitaliseerde bibliotheken en archieven en nog veel meer).
De gegevens van 2014 van SKO zou je ook nog kunnen bekijken in vergelijking met de gegevens van de Stichting Promotie Televisiereclame (SPOT), het marketingcentrum voor TV-reclame. Bij cijfers natuurlijk wel altijd bedenken dat met cijfers gelogen kan worden.
Meer informatie
- Resolutie van VN over de World Television Day
- Onderzoek op Seniorennet naar kijkgedrag van 50-plussers (ook eetgedrag rond televisie, soort tv-apparaat e.d.). Zie voor soort programma een aparte pagina
- Jaarrapporten van Stichting Kijk Onderzoek over 2002 en over 2014
- Jaarrapporten van de Stichting Promotie Televisiereclame van 2006 t/m 2014 (deze laatste is in de vorm van een video-animatie 2014 en een persbericht)
Een willekeurig bericht
Ik schrijf op deze site over allerlei onderwerpen. Soms is het heel persoonlijk, soms vooral informatief of beschouwend. Hieronder een willekeurig bericht uit ruim 2000 berichten.